zomernota 2017
PCPortal

Meicirculaire gemeentefonds

Geachte leden van de Raad,

Op 1 juni 2017 is de meicirculaire 2017 van het gemeentefonds gepubliceerd. De circulaire bevat in de aanloop naar een nieuw kabinet weinig beleidswijzigingen. Zoals gebruikelijk infomeren wij uw Raad per brief over de betekenis hiervan voor onze gemeente.

In deze brief geven wij eerst een korte samenvatting van de effecten uit de meicirculaire. Vervolgens geven wij een analyse van het effect op het financieel beeld. Daarna gaan wij in op de integratie uitkering sociaal domein.

De brief sluit af met een toelichting op de nieuwe taakmutaties, decentralisatie uitkeringen (DU’s) en integratie uitkeringen (IU’s). Een overzicht van alle aanpassingen van de taakmutaties, DU’s en IU’s  is als bijlage opgenomen.

Samenvatting

De meicirculaire 2017 heeft een aantal positieve effecten voor ons financieel beeld. Gelet op de onzekerheden met name door de lopende kabinetsformatie is het onzeker of dit positieve effect standhoudt.

Uit onderstaande tabel blijkt het effect van de doorrekening van de meicirculaire 2017 ten opzichte van de Stadsbegroting 2017. Het verschil tussen deze meicirculaire en de Stadsbegroting 2017-2020 is € 6 mln miljoen in 2017 oplopend naar € 21 miljoen in 2021.
Over een aantal zaken hebben wij Uw Raad in de afgelopen periode geïnformeerd en hiervan hebben we de financiële effecten in de Zomernota meegenomen. Dit zijn de uitkomsten uit de septembercirculaire, de slotwijziging 2016, de aanpassingen van de aantallen, en de toename van het gemeentefonds als gevolg van prijsstijging van de nationale bestedingen van het rijk (accres).

In de meicirculaire is  verder een aantal taakmutaties, DU’s en IU’s gewijzigd en zijn er één nieuwe taakmutatie en drie nieuwe DU’s geïntroduceerd. Conform staand beleid zetten wij deze bedragen even apart en zullen we in de Stadsbegroting een voorstel doen hoe wij deze bedragen willen inzetten.

Ook de IU sociaal domein is aanzienlijk toegenomen. Deze bedragen reserveren wij voor het programma Zorg en Welzijn.

Rekening houdende met bovenstaande effecten leidt dit tot de volgende effecten op het financieel beeld, zie onderstaande tabel.

Bedragen x €1.000

2017

2018

2019

2020

2021

Stand GF na verwerking meicirculaire

351.867

360.461

364.786

367.148

371.716

Stand GF Stadsbegroting 2017-2020

345.979

349.734

351.118

351.925

350.922

Verschil

5.888

10.727

13.668

15.223

20.794

Reeds gemeld:

      septembercirculaire 2016

1.888

3.454

4.823

5.408

5.408

slotwijziging 2016 mutatie IU sociaal domein   

-2.163

-2.080

-2.065

-1.984

-1.984

      verwerking aantallen gemeentefonds in zomernota 2017

260

131

276

606

4.818

  verwachte accrestoename Zomernota 2017

1.500

1.500

1.500

1.500

1.500

bestemd voor DU’s, IU’s, taakmutaties

1.619

917

875

868

1.681

bestemd voor IU sociaal domein

3.132

4.089

4.154

4.551

4.631

Subtotaal

-348

2.716

4.105

4.274

4.740

Afrekening accres 2016 en Bed Bad Brood 2016

743

Effect gemeentefonds op financieel beeld

395

2.716

4.105

4.274

4.740

Met deze wijzigingen ontstaat een ander financieel beeld dan wij in de Zomernota 2017 hebben gepresenteerd. Het verwachte tekort in 2017 neemt met € 0,4 miljoen af, in de jaren 2018 tot en met 2021 neemt het positief saldo verder toe. Deze effecten staan in de navolgende tabel.

In onderstaande tabel staat het financieel beeld na verwerking van de meicirculaire ten opzichte van de Zomernota.

Veranderingen financieel beeld bedragen x €1.000

2017

2018

2019

2020

2021

Financieel beeld Zomernota 2017

-3.089

16

1.807

3.566

6.482

Effect gemeentefonds

395

2.716

4.105

4.274

4.740

Financieel beeld na verwerking meicirculaire

-2.694

2.732

5.912

7.840

11.222

Analyse effect meicirculaire op financieel beeld

De meicirculaire laat voor alle jaren een positief beeld zien. Het effect van de meicirculaire is
€ 1,9 miljoen  in 2017, dit loopt op naar € 6,2 miljoen in 2021. Zoals hiervoor is toegelicht, is in de Zomernota al rekening gehouden met een effect van €1,5 miljoen. Dit maakt dat het effect van het gemeentefonds op het financieel beeld € 0,4 miljoen is in 2017 en op loopt tot €4,7 miljoen in 2021. Er zijn twee belangrijke oorzaken aan te geven:

  1. De accresontwikkeling;
  2. Aanpassing van aantallen in het gemeentefonds.

Deze twee onderdelen worden hieronder toegelicht.

Accresontwikkeling
De ontwikkeling van de algemene uitkering wordt voor een belangrijk deel bepaald door de ontwikkeling van de rijksuitgaven. Volgens het systeem van ‘samen de trap op en samen de trap af ’ hebben wijzigingen in bepaalde rijksuitgaven (de netto gecorrigeerde rijksuitgaven) direct invloed op de omvang van het gemeentefonds. De jaarlijkse toename of afname van het Gemeentefonds, voorvloeiend uit de trap op trap af-methode, wordt het accres genoemd.

De accresontwikkeling is voor de komende jaren (met uitzondering van een kleine min in 2020) positief ten opzichte van de vorige stand, de septembercirculaire van vorig jaar. In 2017 vindt ook de verwerking plaats van de positieve afrekening van het accres 2016. Deze bedragen zijn structureel.

Belangrijke oorzaken voor de positieve accresontwikkeling zijn:

  • een hogere inflatie die doorwerkt in een hogere loon- en prijsontwikkeling op de Rijksbegroting;
  • diverse mutaties binnen de Rijksbegroting zoals compensatie voor gestegen pensioenpremies ABP;
  • mutaties bij dividendstromen uit staatsdeelnemingen;
  • extra uitgaven aan studieleningen, en
  • aanpassingen van kasritmes door departementen door middel van kasschuiven.

Aanpassing van aantallen in het gemeentefonds
We hebben een inventarisatie gemaakt van de gewijzigde maatstafaantallen in het gemeentefonds. Een aantal maatstafaantallen is definitief vastgesteld. Hier hebben we rekening mee gehouden. Met maatstaven waarvan de aantallen nog niet definitief zijn vastgesteld, gaan we behoedzaam om.

3D taken/Integratie-uitkering sociaal domein

De voorgenomen overheveling per 2018 van de integratie-uitkering sociaal domein naar de Algemene uitkering is uitgesteld naar op zijn vroegst 2019. Het Rijk heeft ingestemd met het verzoek van de VNG om eerst afspraken te maken over de structurele indexering van de betreffende budgetten.

Met ingang van 2016 zijn de objectieve verdeelmodellen voor de WMO 2015 en Jeugdzorg
van toepassing. Tevens is vanaf 2016 voor beschermd wonen als onderdeel van de WMO een verbeterd historisch verdeelmodel van toepassing. Het steven is om vanaf 2020 naar een geheel objectief verdeelmodel voor beschermd wonen, maatschappelijke opvang, en WMO 2015 begeleiding te komen.

De macrobudgetten zijn ten opzichte van de septembercirculaire 2016 gewijzigd.

De belangrijkste mutaties zijn:

  1. De loon- en prijsbijstelling 2017 is toegekend. Alle bedragen werken structureel door.
  2. Vooruitlopend op overeenstemming in het bestuurlijk overleg tussen VNG en het ministerie van VWS is over de volumegroei 2018 is voor WMO 2015 aan het gemeentefonds al uitgekeerd € 44 miljoen en voor WMO 2007 € 16 miljoen.
  3. In het bestuurlijk overleg tussen VNG en Ministerie van VWS is overeengekomen dat VWS de uitname voor herinstromers WLZ (Wet langdurige Zorg) met ingang van 2017 structureel zal corrigeren. Deze correctie bedraagt € 30 miljoen met ingang van 2017.Mogelijk zal dit bedrag komende jaren nog stijgen; hierover komt duidelijkheid in de septembercirculaire.
  4. De tranche extramuralisering bedraagt voor de WMO 2015 van € 35 miljoen structureel met ingang van 2018.
  5. Uitname van € 13 miljoen met ingang van 2018 vanwege verschuiving naar de Zorgverzekeringswet van kosten verzorging van kinderen met somatische aandoeningen.

In onderstaande tabel staan de mutaties uit de meicirculaire van de uitkeringen in het sociaal domein genoemd.

Mutaties  bedragen IU sociaal domein  (in €)

2017

2018

2019

2020

2021

IU sociaal domein Jeugd

570.069

886.537

886.536

1.143.802

1.146.808

IU sociaal domein Participatie

523.015

488.619

534.913

520.529

549.657

IU sociaal domein WMO beschermd wonen

1.017.366

1.048.547

1.072.403

1.071.222

1.072.274

IU sociaal domein taken alle gemeenten

709.901

1.670.593

1.665.417

1.820.484

1.819.753

Totaal

2.820.351

4.094.296

4.159.269

4.556.037

4.588.492

Behalve nieuwe macrobedragen zijn voor 2018 nieuwe aantallen gehanteerd voor de verdeelmaatstaven. De aantallen zijn -  met uitzondering voor de WsW waarvoor nieuwe aantallen gebruikt zijn - ook voor de latere jaren gehanteerd. Hiermee is de verdeling voor 2018 in deze circulaire definitief (met uitzondering van WsW) en blijft het aandeel in de verdeelmodellen van de individuele gemeenten bij eventuele toekomstige wijzigingen in het macrobudget gelijk.

Met de VNG is afgesproken om met ingang van 2017 de verdeling van de Wsw-middelen te baseren op het kenmerk “betalende gemeente” in plaats van op het kenmerk “woongemeente”. Hierdoor is het uitgangspunt voor de verdeling de gemeente waar een Wsw-er een dienstverband heeft in plaats van de woonplaats. Deze wijziging is in deze circulaire verwerkt. De overstap op betalende gemeente is gemaakt omdat jaarlijks veel verrekeningen plaatsvonden tussen gemeenten en Sw-bedrijven.

Integratie- , decentralisatie-, en suppletie-uitkeringen

Bestaande decentralisatie-uitkeringen
In deze circulaire zijn enkele mutaties gemeld bij bestaande regelingen; deze zijn inclusief mutaties van de september- en decembercirculaire 2016 opgenomen in de bijlage.

Afrekening verhoogde asielinstroom, partieel effect en verhoogde asielinstroom, participatie 2016
Op basis van het Uitwerkingsakkoord Verhoogde Asielinstroom ontvangen gemeenten voor 2016 en 2017 een bedrag per een in die gemeente geplaatste vergunninghouder.
De meicirculaire 2017 bevat de bedragen die zijn toegekend over de periode november en december 2016 en over de periode januari tot en met april 2017. Voor de DU verhoogde asielinstroom, partieel effect en voor participatie en integratie zijn over november en december 2016 nog bedragen toegekend.

Het aantal gehuisveste vergunninghouders in 2016 is lager dan was geraamd, zodat over 2016 minder dan het totaal beschikbare bedrag wordt uitgekeerd. Het resterend budget is overgeheveld naar uitkeringsjaar 2017 en voor verdeling over de gemeenten beschikbaar. Mocht over 2017 opnieuw sprake zijn van een lagere realisatie, dan vloeit het resterende bedrag in de meicirculaire 2018 terug naar de algemene uitkering (gedeelte partieel effect) c.q. de begroting van het ministerie van SZW (gedeelte participatie en integratie).

Afrekening Bed, Bad en Brood 2016
In deze circulaire is voor 2016 voor Nijmegen een bedrag van € 477.239 beschikbaar gesteld als tegemoetkoming in de onkosten van gemeenten met een lokale bed-bad-broodvoorziening voor de periode van 1 november 2015 tot en met 30 november 2016. De verdeling over de gemeenten is in overleg tussen het Rijk en de VNG tot stand gekomen. Deze bijdrage valt vrij in de algemene middelen.

Nieuwe decentralisatie-uitkeringen
In deze circulaire zijn voor Nijmegen daarnaast ook drie nieuwe DU’s opgenomen. Deze worden hieronder kort toegelicht.

Impuls klantprofielen
De centrumgemeenten in de 35 arbeidsmarktregio’s ontvangen in 2017 elk een bedrag van
€ 88.500 als stimulans om het aantal gemeentelijke klantprofielen op het gewenste niveau te krijgen. Hiermee wordt een bijdrage geleverd aan het realiseren van de banenafspraak.

Impuls grensoverschrijdende arbeidsbemiddeling
De centrumgemeenten van de arbeidsmarktregio’s in de grensstreek met Duitsland en/of België waaronder Nijmegen ontvangen in 2017 elk een bedrag van € 100.000 om bestaande kansen voor bemiddeling van werkloze werkzoekenden beter te benutten.

Economische zelfstandigheid
Nijmegen als één van de centrumgemeenten van de arbeidsmarktregio’s ontvangt een bedrag van € 37.000 in 2017 om het programma economische zelfstandigheid uit te voeren. Het programma heeft als doel om de economische zelfstandigheid van vrouwen te vergroten door hen te stimuleren om stappen te zetten richting de arbeidsmarkt. In de Zomernota 2017 is voorgesteld om dit bedrag toe te kennen aan programma Economie en Werk.

Taakmutaties

Over het algemeen hebben taakmutaties geen netto budgettair effect.

Er is één nieuwe taakmutatie, te weten voor betaling aan derden zoals de VNG. Omdat vanaf 2018 geen sprake meer is van rechtstreekse betalingen aan derden worden bestaande reserveringen ongedaan gemaakt en worden deze middelen toegevoegd aan de algemene uitkering. Deze taakmutatie bedraagt € 203.000 in 2018 en loopt op tot € 242.000 in 2021. Deze bedragen zullen weer aangewend moeten worden voor de betalingen aan derden. De VNG is voornemens een Fonds Gezamenlijke Gemeentelijke Uitvoering in het leven te roepen. Op 14 juni 2017 wordt hierover een besluit genomen tijdens de ALV.

Suppletie-uitkering bommenregeling

Nijmegen ontvangt over 2017 een bedrag van €234.430 in de vorm van een suppletie-uitkering voor gemaakte kosten van het opsporen en ruimen van explosieven uit de tweede wereldoorlog. Hiertoe heeft Nijmegen een aanvraag gedaan bij het Ministerie van BZK welke is toegekend.

In de bij deze brief bijgevoegde bijlage staan de nieuwe en wijzigingen op bestaande taakmutaties, DU’s en IU’s vermeld.

Hoogachtend,

college van Burgemeester en Wethouders van Nijmegen,

De Burgemeester,         De Gemeentesecretaris,

drs. H.M.F. Bruls         mr. drs. A.H. van Hout

2016

2017

2018

2019

2020

2021

Nieuw

Impuls klantprofielen

 88.500

Impuls grensoverschrijdende arbeidsbemiddeling

100.000

Èconomische zelfstandigheid

37.000

Tijdelijke voorziening bed , bad en brood

477.239

Suppletie-uitkering bommenregeling

234.430

Bestaand

DU versterking aanpak jihadisme

121.000

LHBT emancipatiebeleid

10.000

Gezond in de stad

386.231

386.231

386.231

386.231

maatschappelijke opvang

-35.525

-35.525

-35.525

-35.525

-35.525

Armoedebestrijding kinderen

6.779

6.779

6.779

6.779

sociaal domein jeugd

570.069

886.537

886.537

1.143.802

1.146.808

sociaal domein participatie

523.015

488.619

534.913

520.529

549.657

sociaal domein WMO beschermd wonen

1.017.366

1.048.547

1.072.403

1.071.222

1.072.274

sociaal domein WMO taken alle gemeenten

709.901

1.670.593

1.665.417

1.820.484

1.819.753

Vrouwenopvang

15.292

29.958

29.958

29.958

29.958

WMO

463.943

593.373

593.373

596.400

611.286

Verhoogde asielinstroom, partieel effect

235.547

356.105

Verhoogde asielinstroom, participatie

140.744

197.674